De meeste grote supermarktketens zoals Albert Heijn beschikken over één of meerdere nationale distributiecentra (dc's) voor verse levensmiddelen zoals zuivel, vlees, vis, groenten en fruit. Vanuit deze vers-dc's leveren ze elke dag de juiste hoeveelheid artikelen aan de regionale dc's, waar ze worden samengevoegd met de daar verzamelde kruidenierswaren en naar de winkels worden getransporteerd. Het is een overslagproces (crossdocking) waarin korte doorlooptijden cruciaal zijn. Hoe sneller de verse levensmiddelen in de winkels liggen, hoe hoger de kwaliteit voor consumenten en hoe lager de kans op derving.
Onderzoek van COPE heeft uitgewezen dat het crossdockproces nog efficiënter en sneller kan. Door in de nationale vers-dc's de versartikelen alvast per winkel te clusteren, te sorteren en op basis van de uitgaande ritten vanuit het regionale dc in de juiste volgorde te laden, is het mogelijk om de gemiddelde verblijftijd van rolcontainers in de regionale dc's met ruim twintig minuten te verkorten. Dit onderzoek heeft daarnaast nog meer mogelijkheden laten zien om verse levensmiddelenlogistiek te verbeteren en te verduurzamen, onder meer door de leveranciers van de versartikelen bij het optimalisatieproces te betrekken. Dat vormt voldoende aanleiding voor een uitgebreider en diepgaander onderzoek.
Interne versus externe logistiek
Het onderzoeksproject Sustainable Logistics in Fresh Food (SLIFF) is opgezet om de duurzaamheid van verse levensmiddelenlogistiek te vergroten door de beschikbare logistieke capaciteit beter te benutten terwijl doorlooptijden verder afnemen. Behalve de Rijksuniversiteit Groningen neemt ook de Erasmus Universiteit Rotterdam deel aan dit onderzoek, dat begin 2015 is gestart en een looptijd heeft van vier jaar. De Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) zorgt voor een belangrijk deel van de financiering in het kader van het onderzoeksprogramma Duurzame Logistiek.
In dit onderzoeksproject staan twee uitdagingen centraal:
1. Optimalisatie van distributienetwerk versus optimalisatie van interne logistiek.
Dit is een vervolg op het eerdere onderzoek, waarin het effect van de wijze van aanleveren vanuit de nationale vers-dc's op de efficiëntie en de doorlooptijden in de regionale dc's centraal stond. Tot de thema's behoren onder meer de optimale volgorde voor het beladen van vrachtauto's in de nationale vers-dc’s en het toewijzen van vrachtauto's aan de docks van de regionale dc's. Daarnaast wordt onderzocht hoe de crossdock- en orderpickprocessen in de regionale dc's met het oog op de bundeling van beide stromen het beste op elkaar kunnen worden afgestemd.
2. Voorraadoptimalisaties versus transportoptimalisatie.
Deze uitdaging heeft betrekking op de nationale vers-dc's, die worden bevoorraad door de leveranciers van versartikelen. Het uitgangspunt is vendor managed inventory, waarbij de leveranciers zelf ervoor verantwoordelijk zijn dat in de vers-dc's voldoende voorraad ligt. Door hun zendingen te bundelen, kunnen leveranciers de leverfrequentie verhogen en de voorraadniveaus in de vers-dc's laag houden. Een volgende stap zou kunnen zijn dat deze leveranciers behalve transportcapaciteit ook opslagcapaciteit delen, wat leidt tot een betere benutting van en efficiëntere processen in de vers-dc's.