Dr. M.A. (Marius) Kooijman werd in 1941 geboren in Voorburg. Na de HBS ging hij
econometrie studeren in Rotterdam.
'Ik ben afgestudeerd bij Tinbergen; ik heb een scriptie geschreven over een van zijn
modellen. Dat moest je dan uitrekenen. Dus in 1966 werkte ik al op een computer. Met
ponskaartjes, en ik geloof zelfs dat we alles nog in nullen en enen moesten doen.'
Na het afstuderen solliciteerde Kooijman in Groningen. Hij werd meteen wetenschappelijk
medewerker, en in 1971 promoveerde hij. 'Ik wilde voor of rond mijn dertigste gepromoveerd
zijn.' Daarna was hij achtereenvolgens lector en hoogleraar, steeds in statistiek en
econometrie. 'Na verloop van tijd ben ik toen decaan geworden en in het bestuur verzeild
geraakt.'
In de zeventiger jaren zat Kooijman in de gemeenteraad voor de VVD. 'Wallage, Staatsen,
Van den Berg, al die mensen ken ik nog uit die tijd, onder burgemeester Buiter. Fré Meis
heb ik ook meegemaakt; daar was je eigenlijk best vriendschappelijk mee. Je wist dat je
het niet met elkaar eens was, maar als mensen was het altijd heel gezellig met de
communisten.'
Momenteel is Kooijman lid en plaatsvervangend voorzitter van het College van Bestuur, met
in de portefeuille onder meer automatisering, bibliotheekzaken, onderwijs en onderzoek.
Streeft de RUG
ernaar zich als ICT-universiteit te profileren?
Bij de opening van het onderwijscluster op het
RC heeft u gezegd: dit is de laatste. Heeft dat te maken met het aanstaande pc
privé-project?
Hoe is de relatie tussen de Gemeente Groningen
en de RUG?
Hoe is uw eigen pc-kennis?
Welk langgekoesterd ideaal zou u nog willen
verwezenlijken aan de RUG?
"Allereerst doet elke universiteit dat eigenlijk al. Het is lastig om als grote
universiteit zoiets na te streven. Bij een kleine universiteit kun je meer rekening houden
met de menselijke maat. Maar we doen goed mee; van de grote algemene universiteiten lopen
wij redelijk vooraan.
Je kunt beter kijken naar wat we als universiteit nu eigenlijk met ICT kúnnen.
Er wordt verschillend gedacht over de vraag of ICT nou echt de kwaliteit van het onderwijs
verbetert. Daar valt over te twisten. Je moet zeker niet nastreven dat de onderwijzer voor
de klas niet meer nodig is en dat men zelf maar op Internet naar een cursus moet zoeken.
Ik denk dat onderwijs ook iets sociaals heeft; je doet samen iets. En om helemaal
geïsoleerd een opleiding te volgen lijkt me in strijd met de menselijke geest. Later moet
je ook samenwerken met mensen, het zou gek zijn als je dan tijdens je studie alleen maar
achter een scherm hebt gezeten.
Dus dan kom je bij ICT als ondersteuning bij het onderwijsproces. En dat is niet zo heel
verschillend van het werken met een boek. Kijk, als je bij statistiek de basisprincipes
moet leren kun je dat natuurlijk best met een computer doen. Maar in de hogere jaren van
de studie lijkt me het computerondersteund onderwijs, waarbij je dus geen docent meer zou
zien, niet aan te bevelen."
"Ja. Ik ben er voor om de capaciteit van de huisplek te gebruiken. De meeste
studenten, ik geloof wel 70%, hebben thuis zo'n ding staan. Dan zit ik aan de universiteit
van die zalen te maken, en dat is nooit genoeg natuurlijk, terwijl ze thuis ook nog zo'n
ding hebben staan. Waarom zou je dat niet kunnen combineren met elkaar?
Als we standaardmachines aanbieden plus de standaard universitaire software van SurfNet
zijn ze thuis up to date, en dan is het onze zorg of die verbindingen tussen thuis en de
universiteit goed zijn. Ik zou het liefst mikken op tweewegverkeer via de tv-kabel.
Studenten hebben gemiddeld meer kabel- dan telefoonaansluitingen. Die laatste worden vaak
gedeeld, maar op bijna elke kamer staat wel een televisie. Dat zou ik een mooi eindplaatje
vinden: vrij hoge capaciteit verbindingen tussen de thuisplek en de onderwijsvoorzieningen
van het universitaire netwerk.
In principe betalen de studenten voor hun eigen pc. Banken bieden een arrangement aan om
dat geld te lenen. Je hoeft alleen maar tijdens je studie de rente te betalen en daarna
los je de lening af. De RUG krijgt hogere kosten omdat het universitaire netwerk veel
zwaarder belast zal worden; zo krijgt iedereen die gebruik maakt van het pc privéproject
een Oprit-account. Het heeft geen zin om geïsoleerd allerlei pc's over de stad te
verspreiden, het gaat er juist om dat we die link leggen tussen de universiteit en de
studenten en medewerkers.
Het voordeel dat we als RUG kunnen bieden bij aankoop van een pc is dat je massa maakt, en
dus een fatsoenlijke korting kunt geven. Bovendien zorgen wij ervoor dat men ingebed zit
in een netwerk dat een duidelijke meerwaarde heeft."
"Voor de medewerkers is het wachten op toestemming van de inspecteur van de
Belastingdienst of we het mogen aftrekken van het brutosalaris. Afhankelijk van het tarief
betaalt de fiscus dan de helft van je pc. Verder is het dan nog een kwestie van logistiek.
Na het jawoord van de inspecteur zie ik weinig belemmeringen meer. De vakbonden zijn
akkoord het zo te verrekenen en we houden er rekening mee dat we nogal wat moeten
voorfinancieren. Menselijkerwijs gesproken kan het allemaal doorgaan. Dus als mensen
erover denken nu een pc te kopen en het nog even kunnen ophouden, kunnen ze dat maar beter
doen."
"Prima. We ondersteunen het streven van de stad om de vijfde ICT-stad van het land
te worden, maar noem me eens een stad die zegt dat-ie géén ICT-stad is? Iedereen heeft
dat zo'n beetje in zijn vaandel staan. Maar je hebt hier natuurlijk wel een redelijk
uitgangspunt, er zit in Groningen wel een aardig cluster van bedrijven op dat gebied.
We werken er trouwens ook aan mee om Groningen te profileren als ICT-stad. Afgelopen
vrijdag zijn we met de gemeente en met de provincie naar de CAVE geweest, bij SARA in
Amsterdam. (CAVE staat voor CAVE Automatic Virtual Environment. Een ruimte waarbinnen op
alle wanden en de vloer 3D datasets kunnen worden gevisualiseerd en gecombineerd met
surround sound. In deze ruimte kan door meerdere personen tegelijk een virtuele
werkelijkheid worden beleefd. -red.-). Zo'n visualisatie-zwaartepunt moet ook hier worden
neergezet bij het kenniscentrum dat we samen met KPN gaan bouwen. Dat zou zelfs vrij vlug
gerealiseerd kunnen worden, maar ja, het kost vrij veel geld en we moeten het pas doen als
er ook een redelijke subsidiestroom is. Dan heb je het toch over iets van dertig miljoen
aan investeringen, dat is niet helemaal niks. Als RUG wil ik daar niet meer dan de helft
van investeren, maar ook dan heb je dat nog niet meteen geregeld. En dan spreek je wel
over een investering voor lange tijd, want je kunt het niet over een jaar of twee weer
feestelijk gaan sluiten."
"Het gaat. Ik kan met de muis overweg, en ik zit wel vaak op Internet: ik heb al
meer dan een bladzijde met bookmarks. Er is pas een professor aan de OU benoemd, die heeft
het over de Internet-universiteit, de Interversity heet dat tegenwoordig. En het aardige
is dat hij noten in zijn rede heeft staan, en dat zijn allemaal http-nummers. In de
Verenigde Staten is er zo'n site die je een catalogus geeft van welke cursussen er op
Internet zijn. Dat zijn er zo'n 3700. Ik heb even bij statistiek gekeken en dan krijg je
een rijtje van twintig, daar staat achter welke universiteit dat doet, en hoeveel geld het
kost. Ik zit nog steeds te zoeken naar een proefles, maar daar moet je kennelijk toch
eerst een paar honderd dollar voor betalen.
Sommige van die cursussen kosten 1700 dollar en dat is dan ongeveer een maand werk! Dan
denk ik: nou, voor dat geld kun je je veel beter hier inschrijven. In de VS is dat
misschien wel anders, als je ergens in de wildernis zit, maar wel een verbinding hebt,
hoef je niet steeds een dag te reizen om naar de universiteit te gaan. Je kunt dan dus
digitaal master worden."
"Ik e-mail niet al te veel, ik probeer dat te beperken. De meeste e-mail krijg ik
van de VSNU, daar sta ik op de lijst, en verder vooral van een aantal mensen intern. Ik
lok het ook niet uit hoor. Ik hou e-mails altijd zeer kort. Teveel tijd kost het me
sowieso niet, je kunt ze altijd gewoon weggooien."
"Ik heb een OPRIT-ingang thuis. Dat is toch een beetje tobben, vind ik. Omdat ik
ook aan het wachten ben op die pc privé-beslissing, heb ik nog zo'n analoge lijn, en een
486-er. Je kijkt eens op de Digitale Stad en zo, en je kijkt eens wat er voor kunst
allemaal op zit. Er is bijvoorbeeld zo'n handelaar in achttiende eeuwse schilderijen, de
Haagse school en zo, die allemaal fotootjes van zijn schilderijen op Internet heeft staan,
onderverdeeld naar onderwerp en naar schilder. Er zijn ook nogal wat kunstenaars die hun
eigen site hebben gemaakt, daar kijken we thuis wel eens naar
Ik kan van huis uit mailen, maar dat werkt op dit moment niet. En dan kan-ie iets niet
vinden, URL bestaat niet, dat soort hinderlijke boodschappen krijg je dan... Dan weet je
weer niet wat dat is, en waar dat dan zit... beetje puinhoop vind ik dat soort zaken toch
wel. Als je een beetje standaard dingen doet dan loopt het wel, maar je moet niet te veel
experimenteren."
"Waar ik altijd nog naar op zoek ben is de afstemming tussen de Hanze en de
universiteit. En waar ik dan eigenlijk de meeste belangstelling voor heb is de
kunstensector van de HvG. Ik vind dat wetenschap en scheppende kunst eigenlijk heel dicht
bij elkaar liggen. Het komt volgens mij ook uit precies hetzelfde stukje hersenen.
Aan de RUG beschouwen we alleen maar kunst, we kijken ernaar en praten erover.
Tegenwoordig hebben we dan die Algemeen Vormende Vakken. Als je een AVV doet, kun je dan
ook niet een keer een creatief vak doen? Nu doe je een beetje geneeskunde als je bij de
economen zit, etcetera, maar je moet het studenten makkelijker maken creatieve vakken te
combineren met hun gewone studie. Waarom niet eens proberen gewoon wat te schilderen? Of
muziek te maken. Nu zit dat toch erg gescheiden van elkaar, en dat hoort dichter bij
elkaar te komen.
Maar ja: ik ga er niet over... het is weer eens heel iets anders dan computers.
Maar zo'n CAVE zit toch heel dicht tegen kunst aan. Ze laten dan moleculen zien in 3D,
waar je gewoon omheen kan lopen. Dat zou voor een kunstenaar eigenlijk wel handig zijn.
Dan schetst-ie het beeld dat hij wil maken, maar voor hij echt begint te hakken kijkt hij
gewoon eens... Of architecten die hun ontwerp kunnen bekijken.
Om dat dichter bij elkaar te krijgen, wetenschap en kunst, dat is iets dat ik graag nog
voor elkaar zou krijgen."
Frank den Hollander
Daphne Wiegertjes