Skip to ContentSkip to Navigation
Onderzoek Department of Genetics Research Lines Phelan-McDermid syndroom
University Medical Center Groningen

Onderzoek Phelan-McDermid syndroom

Het effect van insuline neusspray op ontwikkeling en gedrag

In 2016 publiceerden wij de resultaten van een onderzoek naar het effect van insuline neusspray op de ontwikkeling en het gedrag van kinderen met het Phelan-McDermid syndroom. Uit onderzoek was namelijk gebleken dat SHANK3 in de hersenen direct of indirect wordt beïnvloed door insuline. Ons onderzoek was uitgevoerd onder 25 kinderen die, zonder dat de onderzoekers het wisten, in verschillende periodes insuline of placebo kregen.

Is there an effect of intranasal insulin on development and behaviour in Phelan-McDermid syndrome? A randomized, double-blind, placebo-controlled trial. Zwanenburg RJ, Bocca G, Ruiter SA, Dillingh JH, Flapper BC, van den Heuvel ER, van Ravenswaaij-Arts CM. Eur J Hum Genet. 2016 Dec;24(12):1696-1701. pdf of paper

Er werd een positief effect gezien op met name sociale interactie. De onderzoeksgroep was echter te klein om tot definitieve conclusies te komen. Daarom wordt het onderzoek nog steeds voort gezet.

Via het expertisecentrum Phelan-McDermid syndroom wordt de medicatie als experimentele behandeling voor geschreven als ouders dat willen. Dat betekent dat voorafgaand aan de start van de behandeling en na 6 maanden bij het kind een aantal testen en bij de ouders vragenlijsten worden afgenomen. Daarna wordt gekeken of de behandeling wel of niet wordt voort gezet. Het is namelijk gebleken dat sommige kinderen echt verbeteren met de behandeling terwijl anderen helemaal geen effect laten zien.

Ook in Duitsland wordt op deze manier de insuline neusspray voor geschreven.

Samen met een onderzoeksgroep in het Verenigd Koninkrijk kijken we nu of we het onderzoek in een grotere groep kunnen herhalen met als belangrijkste vragen:

  • Is te voorspellen welke kinderen wel of niet reageren op de behandeling?
  • Wat is de beste dosering voor de behandeling?


Ontwikkeling en gedrag bij Phelan-McDermid syndroom

Eerder deden we al onderzoek naar de ontwikkeling en het gedrag van Nederlandse kinderen met het Phelan-McDermid syndroom.

Developmental phenotype in Phelan-McDermid (22q13.3 deletion) syndrome: a systematic and prospective study in 34 children. Zwanenburg RJ, Ruiter SAJ, van den Heuvel ER, Flapper BCT and Van Ravenswaaij-Arts CMA. Journal of Neurodevelopmental Disorders 2016;8:16.

Understanding behavior in Phelan-McDermid sydrome. Landlust AM, Visser L, Flapper BCT, Ruiter SAJ, Zwanenburg RJ, van Ravenswaaij-Arts CMA, van Balkom IDC. Frontiers in Psychiatry 2022;13; https://doi.org/10.3389/fpsyt.2022.836807

Op dit moment zijn we dezelfde groep kinderen, tenminste 5 jaar later, weer aan het onderzoeken om een beter inzicht te krijgen in het beloop van ontwikkeling en gedrag.

Ook willen we meer inzicht krijgen in hoe het Phelan-McDermid syndroom zich ontwikkelt bij volwassenen met dit syndroom. Met name waarom sommige volwassenen ernstige stemmingsstoornissen ontwikkelen en hoe we die het beste kunnen behandelen.


Phelan-McDermid syndroom door ring chromosoom 22 en het risico op NF2-tumoren

Tot slot doen we onderzoek naar een bijzondere vorm van Phelan-McDermid syndroom.

Soms wordt de deletie van chromosoom 22 veroorzaakt door dat het chromosoom een ringvorm heeft aangenomen. Ook bij zo’n ringchromosoom 22 ontbreekt het SHANK3 gen. Echter bij een ringchromosoom 22 is er ook een verhoogde kans op bepaalde goedaardige tumoren: zogenaamde de NF2-tumoren.

We vervolgen momenteel al veel Nederlandse patiënten met een ring chromosoom 22. In 2024 wordt dit onderzoek uitgebreid naar Europa. Belangrijkste vragen die we hebben zijn:

  • Hoe vaak komen NF2-tumoren voor bij personen met een ring 22?
  • Op welke leeftijd ontstaan ze en wat zijn de eerste klachten?
  • Hoe kunnen we het beste screenen op deze tumoren?

Kent u iemand met een ring chromosoom 22? Neem gerust contact met ons op via 22q13@umcg.nl

Contact: 22q13@umcg.nl

Contact person: Drs. C. Frantzen, MD, clinical geneticist and coordinator of the centre of expertise for Phelan-McDermid syndrome

Laatst gewijzigd:08 mei 2024 14:11
View this page in: English