Engelse les aan kleuters tast niveau Nederlands niet aan
Vier- en vijfjarigen zijn prima in staat om Engels te leren. Dat blijkt uit een onderzoek naar de effectiviteit van vroeg vreemdetalenonderwijs (vvto) Engels op de basisschool en de invloed daarvan op de Nederlandse taalvaardigheid van leerlingen. Uit het onderzoek dat op verzoek van minister Marja van Bijsterveldt eind 2009 is gestart, blijkt dat leerlingen een hoger niveau voor Engels halen en dat het Nederlands op peil blijft. De afdeling Toegepaste Taalwetenschap van de Rijksuniversiteit Groningen voert dit onderzoeksproject ‘The Foreign Languages in Primary school Project’ (FLiPP) uit samen met de Universiteit Utrecht en het ‘Europees Platform - internationaliseren in onderwijs’.
Hoger niveau
De afgelopen tien jaar geeft een groeiende groep enthousiaste leerkrachten Engels vanaf de onderbouw van de basisschool. Inmiddels zijn er ruim 650 scholen in Nederland waar vroeg vreemdetalenonderwijs Engels gegeven wordt. Daarnaast zijn er zijn ook nog tientallen scholen waar kinderen les krijgen in Frans, Duits of Spaans. Op een aantal scholen zijn de vorderingen van de kleuters in Engels gemeten. Volgens de eerste resultaten van het onderzoek, waarvan de eindresultaten eind 2012 worden opgeleverd, leiden de lessen Engels vanaf groep 1 logischerwijs tot een hoger niveau Engels dan bij kinderen die geen Engels krijgen. Zowel de leerlingen die Engelse lessen volgen, als de leerlingen die geen Engels krijgen, presteren voor de Nederlandse woordenschat conform de leeftijdsnormen. De resultaten zijn tot stand gekomen door zowel de vorderingen van de kleuters met Engels te meten als de Nederlandse taalvaardigheid. De onderzoekers hebben hiervoor een aantal testen afgenomen, waarbij de taalvaardigheid van de kinderen op een speelse manier gemeten werd.
Doelstelling minister
Onlangs heeft minister Marja van Bijsterveldt aangegeven vvto een warm hart toe te dragen: “Met vroeg vreemdetalenonderwijs investeren we in de toekomst van de huidige generatie leerlingen; een toekomst die meer en meer internationaal georiënteerd zal zijn.” Zij heeft de Tweede Kamer beloofd om eind 2012 met een plan van aanpak te komen. Dit plan van aanpak is onder andere van belang voor de aansluiting op het voortgezet onderwijs.
Internationaal bewustzijn
Dankzij vvto verlaten tienduizenden leerlingen met een flinke Engelse taalvaardigheid en internationaal bewustzijn de basisschool. Door de sterke groei in het aantal scholen dat al vanaf de kleutergroepen Engels aanbiedt (van 37 scholen in 2004 naar circa 650 in 2012), is het noodzakelijk dat het voortgezet onderwijs hierop inspringt. Op de pabo dient men ook extra aandacht te besteden aan vvto Engels en de bijbehorende vakdidactiek. Want alleen op deze manier komt men op een verantwoorde manier tegemoet aan de veelgehoorde vraag: “Juf, wanneer gaan we weer Engels doen?”
Meer informatie
- Prof.dr. C.L.J. de Bot, hoogleraar Toegepaste Taalwetenschap (Applied Linguistics), Faculteit der Letteren, Rijksuniversiteit Groningen
- FLiPP-onderzoek: The Foreign Languages in Primary school Project
- Nationaal coördinatiepunt voor vvto Het Europees Platform
Laatst gewijzigd: | 13 maart 2020 01:49 |
Meer nieuws
-
30 januari 2025
RUG-onderzoek naar extremisme in IJsselland
Hoewel extremisme in IJsselland een beperkt fenomeen is, moet het vanwege het dynamische en veelzijdige karakter en recente maatschappelijke ontwikkelingen serieus worden genomen door bestuurders en professionals. Dat concludeert een...
-
28 januari 2025
Online èn offline spelen belangrijk voor de ontwikkeling van digitale geletterdheid bij kinderen
Kinderen tussen de 8 en 12 jaar kunnen het best spelenderwijs hun digitale geletterdheid ontwikkelen. Dat kan zowel offline als online gebeuren. Digitale media-activiteiten van kinderen, zoals het bekijken van onlinevideo’s of gamen, lijken op...
-
28 januari 2025
Artistieke ambassadeurs: het maken van kunst als onderzoeksmethode
Schilderen, schrijven, theater maken – het zijn geen activiteiten waar je als eerste aan denkt bij wetenschappelijk onderzoek. Toch is dit mogelijk aan de Rijksuniversiteit Groningen.