Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Faculty of Science and Engineering Our Research GRIP News and activities Agenda

Promotie G.G.H. (Gerian) Prins

Wanneer:di 15-03-2022 14:30 - 15:30
Waar:Academiegebouw

Zoektocht levermedicijn tegen ‘Westerse welvaartsziekte’ stapje verder

Bepaalde voedingsstoffen in een fastfood-dieet zorgen binnen 24 uur voor vetophoping en ontsteking in menselijk leverweefsel, concludeert Gerian Prins. Zij deed haar experimenten onder meer met menselijk leverweefsel dat wordt gezien als onbruikbaar (niet geschikt voor transplantatie) of afval (verwijderd in verband met ziekte). Dergelijk weefsel is zeer bruikbaar gebleken voor medicijnonderzoek, zodat dierproeven voorkomen kunnen worden.

Gerian Prins: ‘Vette leverziekte (bekend als MAFLD of NAFLD) is een ziekte die steeds vaker voorkomt. Dat is niet verassend, want MAFLD is verwant aan obesitas en een “Westers” dieet. Deze omstandigheden zorgen ervoor dat de lever wordt blootgesteld aan een overmaat suiker, vet en insuline, die vetophoping in gang zetten. De vetophoping op zichzelf is onschadelijk maar kan in de lever leiden tot ontsteking, verlittekening, cirrose en zelfs leverkanker. Voor MAFLD, en de gevolgen, is nog geen behandeling. De afgelopen tien jaar zijn er vele onderzoeken gewijd aan het begrijpen van MAFLD en het vinden van een therapie. Een mogelijke hindernis in dergelijke onderzoeken is het gebrek aan passende studiemodellen. Preklinisch onderzoek wordt namelijk veelal uitgevoerd met behulp van dierproeven en celculturen, die beiden niet ideaal zijn. Mijn proefschrift beschrijft een methode om menselijk leverweefsel, resterend na operatie, te gebruiken voor onderzoek naar MAFLD. Door dunne leverplakjes (genaamd PCLSs) in leven te houden en bloot te stellen aan verschillende voedingsstoffen, werden de schadelijkste stoffen geїdentificeerd. Bij blootstelling aan een Westers dieet was het leverweefsel al na 24 uur aanzienlijk vervet en ontstoken, en daarmee geschikt om potentiёle behandelingen in te testen. Net als in een patiёnt boden de onderzochte therapieёn wisselend succes, maar een aantal middelen (zoals Een afgeleidde van vitamine A) waren in staat de vetafbraak te verhogen en de vetophoping te verlagen: een aanwijzing dat ook andere onderzoekers dit model zouden kunnen gebruiken. Zodoende brengt dit nieuwe model ons een stap dichterbij een therapie voor vette leverziekte, en tegelijkertijd een stap verwijderd van dierproeven.’

Promotores Prof.dr. P. Olinga and Prof.dr. F.J. Dekker

View this page in: English