Partijgeschiedenis
Code Oranje werd formeel op 15 november 2018 opgericht. De naam verwijst enerzijds naar ‘het zware weer waarin onze democratie terecht is gekomen’, anderzijds naar een ‘wenkend perspectief’, een meer op coöperatie gestoelde ‘co-democratie’. De partij haalde ruim 24.000 stemmen (0,33%) bij de Provinciale Statenverkiezingen van 2019. Dit resultaat was niet voldoende voor een zetel, maar zij kreeg later drie zetels van overgelopen Statenleden die voor andere partijen gekozen waren. Bij de Tweede Kamerverkiezingen van maart 2021 werd de lijst aangevoerd door de omstreden Richard de Mos. Code Oranje behaalde 0,4% van de stemmen; niet voldoende voor een zetel.
Volgens artikel 2.1 van de statuten heeft de partij tot doel ‘de democratie van ons land te hervormen naar een democratie van nieuwe vormen, waarin de samenwerking met de inwoners en de gemeenschap centraal staat’. Bij die nieuwe vormen wordt gedacht aan door loting samengestelde burgerjuries – bijvoorbeeld één bij elk ministerie – en aan burgerbegrotingen, maar ook aan volksinitiatieven en referenda. Samenwerking (co-democratie) wordt bevorderd door het streven naar ‘consent’ (besluit bij meerderheid tenzij een minderheid overwegende bezwaren toont) (artikel 6.5 van de statuten).
Code Oranje begon in 2017 als denktank van vooral lokale bestuurders en politici. Een deel daarvan haakte af toen Code Oranje besloot in 2019 aan de Provinciale Statenverkiezingen deel te nemen (zonder zetels te behalen). Nog steeds wilde zij eigenlijk geen partij zijn maar een beweging. Ze kende naast individuele leden ook ‘geassocieerde rechtspersonen’, namelijk lokale partijen die zich herkennen in de uitgangspunten. Begin 2021 was een tiental lokale partijen aangesloten, waaronder Hart voor Den Haag/Groep De Mos, de partij die De Mos had opgericht na zijn vertrek uit de PVV, waarvoor hij van 2009 tot 2012 in de Tweede Kamer en van 2010 tot 2012 in de Haagse gemeenteraad had gezeten. De Mos was als wethouder van de hofstad beschuldigd van corruptie, schending van ambtsgeheim en deelname aan een criminele organisatie, maar bedreef naar eigen zeggen integere ombudspolitiek. In september 2020 werd hij door Code Oranje gevraagd lijsttrekker te worden.
Op de kandidatenlijst werd De Mos gevolgd door de advocaat Peter Plasman, die bij de Tweede Kamerverkiezingen in 2017 de lijst van de Partij voor Niet Stemmers had aangevoerd, die toen slechts 0,06% van de stemmen haalde. Op de lijst van Code Oranje stonden voorts Tanya Hoogwerf en Ingeborg Hoogveld, beiden raadslid voor Leefbaar Rotterdam, Robert Pestman, Statenlid in Groningen die uit Forum voor Democratie was getreden, en Hannie Stuurman, van 2003 tot 2006 Tweede Kamerlid namens de PvdA. De oudste kandidate was de 84-jarige Wil van Soest, via 50PLUS in de Provinciale Staten van Noord-Holland gekozen en bovendien lid van de Amsterdamse gemeenteraad voor de Partij van de Ouderen. Lijstduwer (op nummer 50) was de partijvoorzitter (en -oprichter) Bert Blase. Hij was tevens waarnemend burgemeester van Heerhugowaard. Blase had in 1992 De Nieuwe Partij opgericht, die bij de Tweede Kamerverkiezingen van 1994 bijna 7000 stemmen haalde. Vervolgens had hij (1994-1998) als persvoorlichter voor het Tweede Kamerlid Bertus Leerkes (Ouderen Unie 55+) gewerkt en zich daarna aangesloten bij de PvdA tot hij voorzitter werd van Code Oranje.
Code Oranje wilde geen integraal verkiezingsprogramma vaststellen, maar slechts een ‘agenda’ met een elftal thema’s en voorstellen. Die agenda was onder meer via een DoeMee-app tot stand gekomen. De vaak niet erg uitgewerkte voorstellen leken soms links en soms rechts, soms progressief en soms conservatief. Zo streefde Code Oranje naar meer taakstraffen, meer geld voor politie en defensie, regulering van wietproductie, verlaging van werkgeverslasten maar ook van subsidies voor ondernemers, een maatschappelijke diensttijd, herstel van het ziekenfonds in nieuwe vorm met minder managers en meer medezeggenschap, een negatieve inkomstenbelasting en een vlaktaks. De partij wilde referenda houden onder meer over een Nexit (het uittreden van Nederland uit de EU) en over een quotum voor arbeidsmigratie. Gemeenten zou zelf mogen beslissen of de burgemeester door de raad of door de burgers gekozen zal worden. Democratisering en medezeggenschap leken de enige rode draad in de agenda.
Volgens artikel 2.1 van de statuten heeft de partij tot doel ‘de democratie van ons land te hervormen naar een democratie van nieuwe vormen, waarin de samenwerking met de inwoners en de gemeenschap centraal staat’. Bij die nieuwe vormen wordt gedacht aan door loting samengestelde burgerjuries – bijvoorbeeld één bij elk ministerie – en aan burgerbegrotingen, maar ook aan volksinitiatieven en referenda. Samenwerking (co-democratie) wordt bevorderd door het streven naar ‘consent’ (besluit bij meerderheid tenzij een minderheid overwegende bezwaren toont) (artikel 6.5 van de statuten).
Code Oranje begon in 2017 als denktank van vooral lokale bestuurders en politici. Een deel daarvan haakte af toen Code Oranje besloot in 2019 aan de Provinciale Statenverkiezingen deel te nemen (zonder zetels te behalen). Nog steeds wilde zij eigenlijk geen partij zijn maar een beweging. Ze kende naast individuele leden ook ‘geassocieerde rechtspersonen’, namelijk lokale partijen die zich herkennen in de uitgangspunten. Begin 2021 was een tiental lokale partijen aangesloten, waaronder Hart voor Den Haag/Groep De Mos, de partij die De Mos had opgericht na zijn vertrek uit de PVV, waarvoor hij van 2009 tot 2012 in de Tweede Kamer en van 2010 tot 2012 in de Haagse gemeenteraad had gezeten. De Mos was als wethouder van de hofstad beschuldigd van corruptie, schending van ambtsgeheim en deelname aan een criminele organisatie, maar bedreef naar eigen zeggen integere ombudspolitiek. In september 2020 werd hij door Code Oranje gevraagd lijsttrekker te worden.
Op de kandidatenlijst werd De Mos gevolgd door de advocaat Peter Plasman, die bij de Tweede Kamerverkiezingen in 2017 de lijst van de Partij voor Niet Stemmers had aangevoerd, die toen slechts 0,06% van de stemmen haalde. Op de lijst van Code Oranje stonden voorts Tanya Hoogwerf en Ingeborg Hoogveld, beiden raadslid voor Leefbaar Rotterdam, Robert Pestman, Statenlid in Groningen die uit Forum voor Democratie was getreden, en Hannie Stuurman, van 2003 tot 2006 Tweede Kamerlid namens de PvdA. De oudste kandidate was de 84-jarige Wil van Soest, via 50PLUS in de Provinciale Staten van Noord-Holland gekozen en bovendien lid van de Amsterdamse gemeenteraad voor de Partij van de Ouderen. Lijstduwer (op nummer 50) was de partijvoorzitter (en -oprichter) Bert Blase. Hij was tevens waarnemend burgemeester van Heerhugowaard. Blase had in 1992 De Nieuwe Partij opgericht, die bij de Tweede Kamerverkiezingen van 1994 bijna 7000 stemmen haalde. Vervolgens had hij (1994-1998) als persvoorlichter voor het Tweede Kamerlid Bertus Leerkes (Ouderen Unie 55+) gewerkt en zich daarna aangesloten bij de PvdA tot hij voorzitter werd van Code Oranje.
Code Oranje wilde geen integraal verkiezingsprogramma vaststellen, maar slechts een ‘agenda’ met een elftal thema’s en voorstellen. Die agenda was onder meer via een DoeMee-app tot stand gekomen. De vaak niet erg uitgewerkte voorstellen leken soms links en soms rechts, soms progressief en soms conservatief. Zo streefde Code Oranje naar meer taakstraffen, meer geld voor politie en defensie, regulering van wietproductie, verlaging van werkgeverslasten maar ook van subsidies voor ondernemers, een maatschappelijke diensttijd, herstel van het ziekenfonds in nieuwe vorm met minder managers en meer medezeggenschap, een negatieve inkomstenbelasting en een vlaktaks. De partij wilde referenda houden onder meer over een Nexit (het uittreden van Nederland uit de EU) en over een quotum voor arbeidsmigratie. Gemeenten zou zelf mogen beslissen of de burgemeester door de raad of door de burgers gekozen zal worden. Democratisering en medezeggenschap leken de enige rode draad in de agenda.
Laatst gewijzigd: | 21 februari 2023 11:32 |