Skip to ContentSkip to Navigation
Onderzoek DNPP Politieke partijen BoerBurgerBeweging (BBB) Geschiedenis

Partijgeschiedenis

Op 1 november 2019 richtte Caroline van der Plas samen met Wim Groot Koerkamp en Henk Vermeer in Deventer de vereniging BoerBurgerBeweging (BBB) op. Aanleiding vormden de protesten van boeren tegen het strengere milieubeleid en in het bijzonder de beperking van de uitstoot van stikstof die het derde kabinet-Rutte had aangekondigd. De BBB zag zichzelf als 'de stem van en voor het platteland'. Bij de Tweede Kamerverkiezingen van maart 2021 behaalde de BBB meer dan 100.000 stemmen, ruim voldoende voor één zetel. Begin 2022 telde de partij bijna 2400 leden; dat aantal groeide snel tot ruim 10.000 in 2023 en vervolgens (iets langzamer) tot 13.426 begin 2024.

Volgens de statuten was het doel van de partij 'om op een vernieuwende wijze het contact tussen boeren en burgers te herstellen, wederzijds begrip te kweken en de verbinding tussen het buitengebied en de burger te versterken'.

Verkiezingen en kabinetsformatie

Op 13 mei 2020 stelde een (digitale) ledenvergadering een voorlopige kandidatenlijst voor de Tweede Kamerverkiezingen van maart 2021 op, die op 17 oktober 2020 definitief werd vastgesteld. Van de 26 kandidaten waren twaalf 'boer' (dat wil zeggen werkzaam in landbouw, veeteelt of tuinderij); de overige veertien waren ‘burger’, maar vaak indirect bij de agrarische sector betrokken (als adviseur, consultant of ondernemer in de voedselindustrie). Enkelen waren lid (geweest) van CDA, VVD of een lokale partij. Lijsttrekker werd Caroline van der Plas; bij de Tweede Kamerverkiezingen van maart 2021 werd zij als enige verkozen.

Bij de Provinciale Statenverkiezingen van 15 maart 2023 kwam de BBB als grote winnaar uit de stembus: de partij werd de grootste in alle provincies en ook in de Eerste Kamer. Daarmee overtrof ze zelfs de historische overwinning van FVD in 2019.

Bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2023 behaalde de BBB zeven zetels– een spectaculaire groei, maar tegelijk teleurstellend omdat de partij volgens peilingen in april van dat jaar 30 zetels zou halen. Veel kiezers hadden blijkbaar getwijfeld tussen BBB, NSC en PVV, of CDA en VVD. Volgens het Nationaal Kiezersonderzoek kozen circa 40% van de kiezers die begin november dachten BBB te gaan stemmen uiteindelijk voor de PVV. Na november 2023 bleef de BBB in de peilingen overigens stabiel tussen zes en acht zetels schommelen.

Mona Keijzer, voormalig staatssecretaris Economische Zaken en Klimaat in het derde kabinet-Rutte namens het CDA, was in augustus 2023 lid van de BBB geworden en op de tweede plaats van de kandidatenlijst gekomen. Lilian Helder, die in 2010 voor de PVV in de Tweede Kamer kwam, maar sinds 1 september lid van de BBB-fractie was, stond op de vijfde plaats; Nicki Pouw-Verweij, eerder Eerste Kamerlid voor FvD en Tweede Kamerlid voor JA21, nam de negende plaats in. Derk Jan Eppink, die in 2014 kandidaat was bij de Europese verkiezingen voor de VVD, en eerder voor FVD en JA21 in het Europees Parlement zat, stond op de 25e plaats.

De BBB had vanaf het begin van de lange formatieperiode een coalitie met PVV, NSC en VVD nagestreefd en speelde een constructieve rol bij de totstandkoming van het kabinet-Schoof. Alleen bij de verdeling van de ministersposten begin juni dreigde de partij even af te haken, maar wist uiteindelijk een compromis te bereiken. Keijzer werd Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening en vicepremier; de Friese gedeputeerde Femke Wiersma (oud-deelnemer aan het televisieprogramma Boer zoekt Vrouw) Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur.

Bij de verkiezingen voor het Europees Parlement in juni 2024 haalde de partij met ruim 5% van de stemmen twee zetels, die werden ingenomen door Sander Smit, die eerder medewerker van de fractie van de Europese Volkspartij (EVP) was geweest, en Jessika van Leeuwen, gepromoveerd in de dierwetenschappen. Zij sloten zich aan bij de fractie van de EVP.

Programma's

De BBB stelde 'naoberschap' tegenover ‘kosmopolitisch individualisme’. Volgens haar verkiezingsprogramma van 2021 (dat ook in zes streektalen, waaronder het Haags, werd gepubliceerd) hadden de gevestigde partijen 'het belang van de rol van boeren, tuinders, vissers en jagers… onvoldoende onderkend' en ontbrak een langjarige en duurzame visie op de ontwikkeling van het platteland. De partij stelde de belangen van het platteland centraal, maar haar program bevatte ook tal van eisen op andere terreinen. De BBB wilde een nieuw Ministerie voor het Platteland vestigen op minstens 100 kilometer van Den Haag en Tweede Kamerleden evenals nieuwe bewoners van het platteland een 'inboeringscursus' laten volgen. Plattelandsgemeenten zouden niet gedwongen mogen worden te fuseren en zouden gratis openbaar vervoer moeten krijgen. Basisscholen moesten behouden blijven zolang die meer dan 40 leerlingen hadden, en er zou ook meer geld voor politie op het platteland moeten komen. De belangen van boeren en andere plattelanders klonken ook door in de voorstellen voor een flexibeler mestbeleid, terugdraaien van stikstofmaatregelen, de afwijzing van zonnepanelen of woningbouw op vruchtbare landbouwgrond, meer vrijheid voor jagers en beperking van natuurgebieden.

Andere eisen hadden weinig met deze belangen te maken. Zo ijverde BBB voor invoering van een referendum en een Constitutioneel Hof (om wetgeving aan de Grondwet te toetsen) en de directe verkiezing van burgemeesters. De Eerste Kamer zou door gemeenteraden moeten worden verkozen – mogelijk speelde daar wel weer het belang van plattelandsgemeenten mee. Op andere punten nam de partij soms een wat meer behoudend standpunt in (zo wees zij zowel negatieve als positieve discriminatie af, wilde ze terug naar 130 kilometer op de snelweg en keerde zij zich tegen een Europese 'superstaat' maar ook tegen een Nexit), soms een liberale positie (legalisatie van soft drugs, kernenergie) en soms een meer linkse of sociaaldemocratische opstelling (een tweejarige middenschool, een nationaal zorgfonds, hogere winstbelasting voor grote bedrijven).

In het in 2023 opgestelde verkiezingsprogramma ‘Iedere dag BBBeter. Van vertrouwenscrisis naar Naoberstaat’ werkte de partij het begrip ‘naoberstaat’ wat verder uit. De overheid zou als een betrokken buurvrouw moeten helpen, maar met respect voor het persoonlijke erf. De BBB definieerde zichzelf als ‘emancipatiepartij’ en als ‘beweging voor mensen die niet gezien en gehoord zijn door de overheid’. Op onderdelen zette ze iets meer conservatieve accenten dan in 2021, met name in het streven naar beperking van arbeidsmigratie en toelating van asielzoekers (maximaal 15.000 per jaar), zwaardere straffen bij ernstige misdrijven en nader onderzoek naar de legalisatie van wiet. Ook met betrekking tot abortus, euthanasie en medische transities pleitte ze voor voorzichtigheid. Ze ijverde nu voor een ‘Ministerie voor Regiozaken’ in plaats van ‘Ministerie voor het Platteland’. Het Nationaal Zorgfonds was uit het program verdwenen, al wenste de partij nog steeds de marktwerking in de zorg te beperken. De Eerste en Tweede Kamer zouden via districten naar Deens model gekozen moeten worden.

Opvallend was voorts het gebruik van de term ‘rentmeesterschap’, die uit de christendemocratische traditie stamt, in het hoofdstuk over landbouw en natuurbeleid. Natuurbeleid zou niet ten koste van landbouw en veeteelt moeten gaan. 

In het programma voor de Europese verkiezingen van 2024, getiteld ‘Er staat veel op het spel’, nam de BBB een gematigd eurosceptische positie in: tegen ‘meer macht voor Brussel’, nadruk op economische samenwerking maar tegen een ambitieus klimaatbeleid, voor beperking van de rol van de Europese Centrale Bank, voor meer nationale vrijheid. De partij stelde een nieuw plan voor bescherming van hoogproductieve landbouw en visserij voor en eiste een strenger asielbeleid en arbeidsmigratiebeleid.

Laatst gewijzigd:23 september 2024 11:52