In rusteloze arbeid. De betekenis van Cornelia Philippi-Siewertsz van Reesema (1880-1963) voor de ontwikkeling van het onderwijs aan het jonge kind
Promotie: mw. M. Hazenoot, 16.15 uur, Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen
Proefschrift: In rusteloze arbeid. De betekenis van Cornelia Philippi-Siewertsz van Reesema (1880-1963) voor de ontwikkeling van het onderwijs aan het jonge kind
Promotor(s): prof.dr. H.W. van Essen, prof.dr. A.E.M.G. Minnaert
Faculteit: Gedrags- en Maatschappijwetenschappen
Contact: Maartje Hazenoot, tel. 0118-651183
De betekenis van Cornelia Philippi voor het kleuteronderwijs in Nederland
Cornelia Philippi-Siewertsz van Reesema (1880-1963) wilde tijdens haar leven een bijdrage leveren aan de verbetering van het kleuteronderwijs in Nederland. Tot op hoge leeftijd heeft zij zich daarvoor ingezet. Toch werd zij na haar dood vergeten en bestond er bij historische pedagogen en onderwijshistorici weinig belangstelling voor haar werk. Promovenda Maartje Hazenoot onderzocht welke betekenis Philippi heeft gehad voor de ontwikkeling van het onderwijs aan het jonge kind.
Hazenoot beschrijft de achtergronden van de familie van Philippi, de contouren van het bewaarschoolonderwijs, de opleiding voor bewaarschoolonderwijzeressen, haar kennismaking met de wereld van de wetenschap van het jonge kind en haar belangrijkste inspiratiebronnen.
Na haar ontmoeting met Maria Montessori sticht Philippi in 1918 de eerste opleiding voor Montessorileidsters te Den Haag. In de jaren erna neemt zij geleidelijk aan afstand van Montessori en haar methode. Bij de New Education Fellowship, een internationaal gezelschap van wetenschappers voor het ‘nieuwe onderwijs’, voelt zij zich meer thuis. Tussen 1925-1938 maakt Philippi nader kennis met hun werk, ondermeer via tal van studiereizen. Geleidelijk aan ontwikkelt zij een eclectische benadering voor de inrichting van de kleuterklas en het kleuteronderwijs. Dit stuit zowel binnen de Fröbel- als de Montessoribeweging op verzet. Na 1940 is haar rol als pionier voor ‘het nieuwe onderwijs’ uitgespeeld. Wel wordt in 1950 nog een nieuwe openbare kleuterschool in Den Haag geopend die volgens haar concept ontworpen is.
Hazenoot concludeert dat de belangrijkste bijdrage en betekenis van Philippi aan de ontwikkeling van het onderwijs aan het jonge kind is dat zij vanuit een organisatie- en vormgevingsperspectief in de inrichting van de kleuterklas een verandering tot stand heeft gebracht die haar waarde heeft behouden.
Maartje Hazenoot (Noordwijk aan Zee, 1949) studeerde pedagogiek in Leiden en deed haar promotieonderzoek bij het Promovendi & Postdoc Centrum van de Faculteit Gedrags- en Maatschappijwetenschappen.
Laatst gewijzigd: | 13 maart 2020 01:16 |
Meer nieuws
-
16 december 2024
Jouke de Vries: ‘De universiteit zal wendbaar moeten zijn’
Aan het einde van 2024 blikt collegevoorzitter Jouke de Vries terug op het afgelopen jaar. Daarbij gaat hij in op zijn persoonlijke hoogte- en dieptepunten en kijkt hij vooruit naar de toekomst van de universiteit in financieel moeilijke tijden.
-
10 juni 2024
Om een wolkenkrabber heen zwermen
In Makers van de RUG belichten we elke twee weken een onderzoeker die iets concreets heeft ontwikkeld: van zelfgemaakte meetapparatuur voor wetenschappelijk onderzoek tot kleine of grote producten die ons dagelijks leven kunnen veranderen. Zo...