Krimpdorp lijdt niet onder sluiten school
Het sluiten van scholen in krimpgebieden leidt steevast tot verhitte protesten. Dat is onterecht, vindt krimpdeskundige Tialda Haartsen van de Rijksuniversiteit Groningen. Volgens Haartsen is het een hardnekkige mythe dat met het verdwijnen van de school de leefbaarheid in het dorp enorm onder druk komt te staan.
Haartsen: ‘Een school heeft vaak verschillende functies in een dorp. En het is natuurlijk een tijdje zoeken naar de manier waarop die functies kunnen worden vervangen. Waar doe ik straks mijn kind op school? Waar hoor ik straks de dorpsroddels? Maar als het stof is neergedaald, blijkt het met de leefbaarheid nog net zo goed gesteld als voor het sluiten van de school.’
De relatie tussen het sluiten van scholen en de leefbaarheid in krimpdorpen is een van de thema’s die op 26 november aan de orde komt op het Krimpcongres ‘Leefbaarheid, participatie, veerkracht, ter ere van het vijfjarig bestaan van het Kennisnetwerk Krimp Noord-Nederland.
Meer informatie
- Tialda Haartsen
- Angelique van Wingerden
- Kennisnetwerk Krimp Noord-Nederland
Laatst gewijzigd: | 06 oktober 2023 14:59 |
Meer nieuws
-
19 december 2024
Lessen voor adaptieve benadering voor de inrichting van Nederland
Waar komen nieuwe woningen en welke veranderingen in de landbouw heeft de overheid voor ogen? Hoe maken we ruimte voor klimaatadaptatie? In de Nationale Omgevingsvisie maakt de rijksoverheid belangrijke keuze over de ruimtelijke inrichting van...
-
12 december 2024
Onderwijs bevorderen door innovatie: VR Experience Days bij de Faculteit Ruimtelijke Wetenschappen
Hoe kun je virtual reality gebruiken om de effecten van bouwhoogte op het landschap van Lauwersoog te bestuderen, of de toegankelijkheid van een woonwijk wanneer het dichter bebouwd wordt? Om technologie te integreren in het onderwijs, organiseerde...
-
22 oktober 2024
De dreigende kloof op het platteland
Het valt wel mee met de veronderstelde kloof tussen stad en platteland, vindt Felix Pot. ‘Er dreigt eerder een kloof óp het platteland: tussen autobezitters en mensen die niet over eigen vervoer beschikken.'