Stichting Oude Groninger Kerken
De Universiteitsbibliotheek Groningen exposeert uit eigen collectie een prachtige selectie boeken en brochures van en over de jubilerende Stichting Oude Groninger Kerken. De SOGK bestaat 50 jaar.
Restauratie
Aanvankelijk richtte de Stichting Oude Groninger Kerken alle aandacht en energie op het herstel en behoud van de wegkwijnende kerkgebouwen. In overeenstemming met de opvattingen over monumentenzorg in Nederland in de jaren ’70, koos de stichting voor het conserverend restaureren van de kerken. Historische bouwsporen uit alle tijden dienden zo veel mogelijk behouden te blijven. Terugrestaureren naar de toestand uit één periode, bijvoorbeeld de Middeleeuwen, was uit den boze. Niet alleen zou dan enorm veel van het erfgoed vernietigd worden. Minstens zo belangrijk was de visie dat kerkgebouwen levende monumenten zijn. In de loop van de eeuwen waren ze opgelapt en uitgebreid, soms ook waren delen blijvend ingestort of geamputeerd. Dat gebeurde niet alleen om bouwkundige redenen, het gebruik van de kerken veranderde ook steeds. Daarmee realiseerde de stichting zich dat, met het oog op de toekomst, het fysieke behoud alleen onvoldoende was. De monumenten moesten eveneens een nieuwe, seculiere bestemming krijgen. Hun kerkelijke functie hadden ze immers verloren.
Lokale betrokkenheid
Sinds de jaren ’80 is de stichting daarom steeds meer tijd en energie gaan besteden aan vergroting van de lokale betrokkenheid en het creëren van draagvlak voor nieuwe bestemmingen van de monumenten. Lokale betrokkenheid en draagvlak werden zelfs als essentiële voorwaarde voor een duurzaam behoud en beheer gezien. De kerken werden symbolisch teruggegeven aan het dorp, de stichting faciliteerde het gebruik, bijvoorbeeld als dorpshuis of oefenruimte voor een lokaal muziekgezelschap. De impuls daartoe kwam ook vanuit de rijksoverheid, die tijdens de oliecrises enorm bezuinigde en de toekenning van restauratiesubsidies decentraliseerde. De gemeenten en provincie stelden de betrokkenheid en inzet van dorpsbewoners en andere vrijwilligers als voorwaarde voor subsidietoekenning. Het onroerend erfgoed kon zo een belangrijke rol gaan spelen in versterking van de leefbaarheid van het platteland. Bij hun eigen inzet hadden de bewoners zelf dus ook belang. Met deze aanpak kon de stichting eveneens aanspraak maken op Europese leefbaarheidsgelden.
Landschap en educatie
Het versterken van de verbinding met de samenleving kreeg in de jaren ’90 ook op andere manieren gestalte. De kerken moesten voortaan niet langer als los gebouw, maar als integraal onderdeel van de historische fysieke omgeving worden gezien. Kerk, kerkhof, groen, bijgebouwen, dorp en het historische landschap waren immers eeuwenlang nauw met elkaar verbonden geweest. Daarom werd niet alleen met de lokale bevolking, maar ook met de Stichting Het Groninger Landschap vaker en nauwer samengewerkt. Kerkhoven werden onderzocht door historici en biologen en vervolgens opgeknapt.
De verbinding met kinderen werd gezocht via bijzondere educatieve activiteiten, zoals het Focke-project (2001-2003), over de spannende strijd die de jonge, Middeleeuwse monnik Focke van Nittersum in de noordelijke Lage Landen voerde. Een vervolgstap werden de sleutelbewaarders-projecten. Een school kreeg de kerksleutel en de kinderen werden kerkeigenaar. De kerk mochten ze naar eigen inzicht gebruiken, de stichting faciliteerde dat.
Samenwerken voor hernieuwd gebruik
Nieuwe bestemmingen zoekt de stichting steeds in het verlengde van de historische functie. De kerk blijft de plaats van samenkomst en ontmoeting, cultuur en bezinning. Dichters en muzikanten treden er op (experimenteel, pop, jazz, klassiek), een orgelwedstrijd kan plaatsvinden, exposities zijn te bezichtigen. Via de projectorganisatie Bijzondere Locaties Groningen kunnen een vijftal kerkgebouwen door externe partijen voor eigen evenementen worden gehuurd (vergadering, congres, beurs, receptie, diner, huwelijk, concert, expositie of lezing).
PR en marketing zijn eveneens belangrijke functies binnen de stichting geworden. Een van de eerste uitingen daarvan was het kwartaaltijdschrift Groninger Kerken (1984).
Voor het verstevigen van draagvlak werkt de stichting voortdurend samen met verschillende maatschappelijke en culturele organisaties, met name op het gebied van historisch erfgoed, natuur en landschap, cultuur, educatie, plattelandsbeleid en leefbaarheid. Met tientallen partners zijn inmiddels uiteenlopende activiteiten georganiseerd en projecten uitgevoerd.
Waardering
Het hernieuwde gebruik kon de stichting gestalte geven dankzij het financiële fundament dat werd opgebouwd. Rijk, provincie, gemeenten en Europese Gemeenschap verleenden monumentensubsidies, voormalige kerkeigenaren stelden onderhoudsgelden beschikbaar, culturele fondsen financierden projecten en particulieren deden uiteenlopende schenkingen. Ook de inkomsten uit eigen activiteiten namen toe.
Waardering en erkenning spreekt ook uit de prijzen die aan de stichting werden uitgereikt, bijvoorbeeld door het Prins Bernard Cultuurfonds, Europa Nostra, de provincie Groningen, de Branchevereniging Nederlandse Architectenbureaus (BNA) en het Platform Nederlands Ontwerp (Dutch Design Awards).
In een halve eeuw tijd is de Stichting Oude Groninger Kerken erin geslaagd om de verbinding tussen kerkgebouw en de lokale bevolking te herstellen. De oude Groninger kerken zijn inmiddels uitgegroeid tot een belangrijk symbool van de Groningse identiteit.
Meer lezen en kijken
Laatst gewijzigd: | 22 november 2019 11:47 |