Sybrand Buma’s zoektocht van Drenthe naar de Kaap
In 2021 zocht Sybrand Buma, burgemeester van Leeuwarden en alumnus van de Rijksuniversiteit Groningen, contact met onze afdeling Bijzondere Collecties. Hij vroeg zich af of de Universiteitsbibliotheek geïnteresseerd was in een aantal boeken uit de nalatenschap van Bernhard van Haersma Buma, zijn vader. Dit resulteerde in een schenking van drie boeken uit de zeventiende en achttiende eeuw. Deze boeken waren ooit eigendom van Buma’s verre voorvader Willem Hiddingh (1773-1839).
Het gaat bijvoorbeeld om Iurisprudentia Forensis Romano-Saxonica van Benedict Carpzov uitgegeven in 1703—een indrukwekkend boek qua omvang, maar waarvan het onbekend is hoe het in het bezit van de familie Buma is gekomen. Interessanter qua provenance zijn de twee andere, kleinere boeken. Zowel Mythologia Aesopica uit 1610 als Johann Zopfens Grundlegung der Universalhistorie uit 1786 zijn op het schutblad gesigneerd door diverse telgen uit het geslacht Hiddingh. Deze handgeschreven aantekeningen prikkelden Sybrand Buma tot een zoektocht naar de achtergrond van die voormalige eigenaren. Zoals bij veel oude werken het geval is, zijn het de verhalen achter de boeken die een nieuw licht werpen op het belang ervan en leiden ze soms tot bijzondere ontdekkingen.
Op 9 juni hield Sybrand Buma hierover een lezing bij Bijzondere Collecties in Groningen. Onder de titel Tussen Drenthe en de Kaap vertelde hij over een intrigerend deel van zijn familiegeschiedenis dat hij boven water wist te halen, nadat hij de boeken van zijn vader in handen had gekregen. Achter die boeken gaan de roerige levens van Willem en Cornelis Hiddingh schuil. Buma’s zoektocht leidde ons van Drenthe naar Kaap De Goede Hoop en terug. Willem Hiddingh studeerde rechten in Groningen en ging daarna aan de slag als advocaat in Drenthe. Als orangist voelde hij zich niet meer op zijn plek in de Republiek na de Franse inval in 1795 en daarom vertrok hij naar Zuid-Afrika om daar als lid van de Raad van Justitie aan de slag te gaan. In de Kaap trouwde hij met Anna Margaretha van der Poel. Twee van hun kinderen, Willem jr. en Cornelis, werden voor een gedegen opleiding op een driemaster naar het verre en voor hen vreemde Nederland gestuurd.
Cornelis, wiens handtekening als tweede in het exemplaar van Mythologia Aesopica staat, ging rechten studeren in Groningen en werd later wethouder en advocaat in Assen—wat overigens de nodige voeten in de aarde had, omdat hij diverse malen niet gekozen werd voor functies die hij ambieerde. In 1855 vertrok hij als gezant van Willem III naar Oranje Vrijstaat en Transvaal op een vrij kansloze missie, zoals later zou blijken. Redelijk gedesillusioneerd keerde hij twee jaar later terug naar Nederland en vestigde hij zich in Arnhem. Daar komt hij in 1871 om het leven door een noodlottig ongeval, als hij op een spoorwegovergang wordt gegrepen door een stoomtrein.
Inmiddels is deze tak van de familie Hiddingh uitgestorven. Dankzij deze boeken, de sporen van hun vroegere bezitters en de zoektocht van Sybrand Buma blijven ze echter levend. Buma’s verhaal toonde weer eens aan hoe boeken die op het eerste oog weinig spannend lijken, toch waardevol en boeiend kunnen blijken. Voor de UB Groningen is deze geschiedenis van de telgen Hiddingh extra interessant, omdat ze van Willem Hiddingh jr. als student in Groningen een album amicorum in de collectie heeft.
Laatst gewijzigd: | 27 juli 2022 09:53 |