Skip to ContentSkip to Navigation
Over ons Faculteit der Letteren Studeren bij ons Testimonials Nederlands en Neerlandistiek

De boekenwereld in verandering

In gesprek met Sandra van Voorst

Door: Kim den Hartog

Foto Sandra van Voorst
Sandra van Voorst

Sandra van Voorst is sinds 1998 universitair docent Moderne Nederlandse Letterkunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Van Voorst houdt zich bezig met de institutionele benadering van letterkunde: interacties binnen het literaire veld bepalen wat we als literatuur zien en hoe we literatuur waarderen. Dit veld bestaat uit actoren, de mensen en organisaties die een rol spelen in de productie, distributie en consumptie van literatuur. Van Voorst doet onder andere onderzoek naar jeugd- en YA-literatuur en het internationale neerlandistieke veld.

Archieven spreken boekdelen

Het literaire veld en de rollen van verschillende actoren zijn constant in verandering, maar uitgeverijen blijven zeer belangrijk en invloedrijk. In haar proefschrift Weten wat er in de wereld te koop is (1997) nam Van Voorst vier Nederlandse uitgeverijen onder de loep. Ze onderzocht de rol van uitgeverijen als gatekeepers van culturele en maatschappelijke informatiestromen. Uitgeverijen bepalen wat ze aankopen uit het buitenland en wat ze op de (Nederlandse) markt brengen.

Nadat in de Tweede Wereldoorlog de zogenaamde pocketboeken opkwamen in de VS, verschoof in de jaren hierna in Europa de focus naar het Angelsaksische taalgebied. Ook de Nederlandse uitgeverijen merkten deze wending op. Via uitgebreid archiefonderzoek analyseerde Van Voorst de fondsen (alle gepubliceerde titels) van de vier uitgeverijen in de periode van 1945 tot 1970. Zij ontdekte dat een steeds groter deel van de vertaalde werken uit het Engelse taalgebied afkomstig was, wat tot op de dag van vandaag nog steeds de norm is.

Nieuwe ontwikkelingen in het literaire veld blijven een relevant onderzoeksonderwerp. Op welke manier verandert het literaire veld mee in een veranderende wereld? In het najaar van 2024 vindt het driedaagse congres voor de internationale neerlandistiek, genaamd Achter de verhalen , plaats in Nijmegen. In november 2024 zal Van Voorst presenteren over een nieuw onderzoeksproject met collega-neerlandici dr. Laurens Ham van Universiteit Utrecht, prof.dr. Gwennie Debergh van de Universiteit van Keulen (Duitsland), prof.dr. Kevin Absillis van Universiteit Antwerpen (België) en prof.dr. Pawel Zajas van de Universiteit van Poznán (Polen).

Voor de val van de Berlijnse Muur waren culturele en politieke overtuigingen sterk gepolariseerd. Dit was terug te zien in de literatuur. Met het nieuwe project zullen de onderzoekers het internationale literaire beleid rond de val vanuit Nederlands perspectief analyseren. Van Voorst buigt zich over het beleid en de koers van PEN Nederland. PEN is de internationale organisatie van schrijvers die zich bekommeren om persvrijheid en een jaarlijks congres organiseren. In mei 1989 was het internationale congres in Maastricht, slechts enkele maanden voor de val van de muur. Voelden de aanwezigen op dit congres al de wind waaien van de Europese gedachte die na de val zou ontstaan?

Dit project wordt ook zichtbaar in het onderwijs in de master Neerlandistiek aan de RUG. Samen met masterstudenten en haar collega prof.dr. Mathijs Sanders zal Van Voorst het archief van Hans van de Waarsenburg onderzoeken. Van de Waarsenburg was niet alleen een bekende dichter, hij was ook decennialang nauw betrokken bij PEN Nederland, van 1996 tot 2000 zelfs als voorzitter. In  dit archief hoopt Van Voorst meer te weten te komen over zowel het literaire beleid van deze organisatie als over de dynamiek van de internationale PEN-congressen. Als onderzoeker biedt een archief je natuurlijk nooit precies waar je naar zoekt of vraagt. Op het moment dat je echter vanuit verschillende perspectieven, zowel in Nederland en Vlaanderen als in Polen en Duitsland, gaat zoeken, kunnen de vondsten samen een interessant verhaal vormen.

De maatschappelijke rol van kinderboeken

Jeugdboeken nemen in het bijzonder een belangrijke rol in binnen het literaire veld. Deze boeken hebben twee primaire functies. Aan de ene kant moeten ze een spiegel bieden: jonge lezers moeten zich kunnen herkennen in de verhalen. Aan de andere kant is het van belang dat deze boeken een open venster bieden op de wereld: kinderen moeten de kans krijgen om te leren hoe het er ergens anders aan toe kan gaan en zo nieuwe perspectieven krijgen. Maar waarin kunnen kinderen zichzelf herkennen en welke andere perspectieven moeten ze leren kennen? Verschillende mensen denken hier anders over, afhankelijk van de tijdgeest.

In het afgelopen academische jaar begeleidde Van Voorst een onderzoek van masterstudent Hidde van Deemter over de representatie van ‘thuis’ in kinderboeken, naar het thema van de Kinderboekenweek 2023 ‘Bij mij thuis’. De student analyseerde verschillende aspecten van ‘thuis’, zoals de gezinssamenstelling en de locatie, maar ook de sfeer in het huis en of ‘thuis’ een veilige of onveilige omgeving vormt voor de personages. De resultaten zijn te lezen in zijn blog Thuis in kinderboeken . Voor zijn masterscriptie heeft de student vervolgens basisscholen bezocht en interviews gehouden met kinderen over of ze zich kunnen herkennen in deze thuisbeelden.

Een ander onderzoeksproject ging over rouwverwerking in kinderboeken. In het Beatrix Kinderziekenhuis in Groningen is alle zorg gericht op ernstig zieke kinderen, waaronder kinderen met een levensbekortende ziekte in de palliatieve fase. De werknemers van dit ziekenhuis wilden hun jonge patiënten graag iets te lezen geven, maar om dat goed te doen, moesten ze weten welke boeken er waren én welke verhalen deze boeken vertelden. Denk daarbij bijvoorbeeld aan hoe de dood en het hiernamaals verbeeld wordt en hoe de personages met dood en rouw omgaan. Hiernaast was het van belang om rekening te houden met de verschillende religieuze en culturele achtergronden van de kinderen en hun familie.

Samen met een groep van vijf bachelor- en twee masterstudenten inventariseerde Van Voorst wat er aan kinderboeken met als thema ‘dood en rouwverwerking’ op de markt is. De boeken zijn verdeeld naar leeftijdscategorieën. Het al eerder door het ziekenhuis en de academie Minerva vervaardigde educatieve prentenboek De klas neemt afscheid diende als leidraad. In dit boek wordt een konijn ziek en moeten de andere dieren, zijn klasgenootjes, leren om hiermee om te gaan. De een wordt boos, de ander verdrietig. Iedereen rouwt op zijn eigen manier, maar samen sta je sterk.

De onderzoeksgroep heeft ongeveer vijftig boeken geanalyseerd op basis van verschillende aspecten: hoe wordt de dood verbeeld? Wat is de verhouding tussen het kind en diens ouders? Welke copingmechanismen komen naar voren? Uiteindelijk heeft de onderzoeksgroep een database ontworpen, die het ziekenhuis kan raadplegen wanneer ze een boek voor een patiënt uit willen kiezen. In een lastige tijd kunnen kinderen nu op een verantwoorde wijze hopelijk troost vinden in deze literatuur.

Culturele en maatschappelijke samenwerking in de boekenwereld

Naast haar onderzoek is Van Voorst lid van het Meesterschapsteam Nederlands. Dit team streeft er onder andere naar om wetenschappelijke inzichten, zoals bewuste geletterdheid, te verbinden met het schoolvak Nederlands. Hiernaast zit Van Voorst in de adviescommissie Geschiedenis en letteren van het landelijke Cultuurfonds. Deze commissie adviseert over subsidies voor aanvragen van bijvoorbeeld educatieve projecten, tentoonstellingen en onderzoeken op het gebied van de Nederlandse geschiedenis, taal en letterkunde. Tot slot is Van Voorst een van de oprichters van en actief binnen het Vakdidactisch Netwerk Nederlands Noord (V3N): een samenwerkingsverband tussen de (leraren)opleidingen Nederlands aan de RUG, NHL Stenden en Hogeschool Windesheim. Deze organisatie verbindt docenten Nederlands in het middelbaar en hoger onderwijs in Noord-Nederland en organiseert met regelmaat interessante bijeenkomsten, waar nieuwe vakdidactische inzichten worden gedeeld. Met haar onderzoek en nevenfuncties laat Van Voorst zien dat ze van vele markten thuis is. Zo draagt ze bij aan de kennis en wetenschap over de vele gezichten van literatuur.

Laatst gewijzigd:05 november 2024 15:03