Met data veerkracht in de topsport voorspellen
Voor topsporters speelt tijdig fysiek en mentaal herstel van inspanningen een sleutelrol in het leveren van prestaties. Psycholoog en sportonderzoeker Ruud den Hartigh van de Rijksuniversiteit Groningen maakt met zijn team de veerkracht van individuele sporters inzichtelijk en voorspelbaar aan de hand van data-analyses.
'Stel je voor: je speelt een zware wedstrijd, die je verliest. Dan zit je er fysiek doorheen, maar je motivatie en zelfvertrouwen krijgen ook een opdonder. Je had die wedstrijd willen winnen, misschien wel moeten winnen, maar je verliest. Dan zit je er mentaal ook wel even doorheen. Het gaat erom dat je dan op tijd weer terug op niveau bent, zowel fysiek als mentaal, zodat je weer goed kunt presteren. Dat herstelproces na tegenslag is veerkracht.' Aan het woord is Ruud den Hartigh, universitair hoofddocent Talentontwikkeling & Creativiteit van de Rijksuniversiteit Groningen.
Den Hartigh is projectleider van het onderzoeksproject Resilient athletes: A multidisciplinary personalized approach. Daarin worden dagelijks data over de fysieke, maar ook mentale gesteldheid van de voetballers van FC Groningen, PSV en Vitesse verzameld en automatisch geanalyseerd. Het doel: het in kaart brengen van de veerkracht van individuele spelers en het voorspellen wanneer een speler daaraan gebrek heeft. 'Dat laatste is heel belangrijk', zegt Den Hartigh. 'Op het moment dat een speler geblesseerd raakt of in een mentale dip raakt, ben je te laat.'
Bij het project, dat wordt getrokken vanuit de RUG en waaraan de drie voetbalclubs meedoen, zijn ook het UMCG, de Universiteit Leiden, de Universiteit van Osnabrück, de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, NOC*NSF en de KNVB betrokken. Het project begon in 2019 en loopt nog tot eind 2023.
'De spelers bij FC Groningen, PSV en Vitesse trainen allemaal met een vest met een sensor', legt Den Hartigh uit. 'Die sensor registreert bijvoorbeeld de hartslag, maar ook gps-data. Dus wat voor afstanden iemand heeft afgelegd en hoe lang hebben iemand binnen bepaalde hartslag- en snelheidszones heeft gepresteerd. De belasting van de training wordt daarin uitgedrukt.'
Daarnaast vullen de spelers twee keer per dag een vragenlijst in. 'Na de training vult de speler in hoe hij vindt dat hij gepresteerd heeft, hoe leuk hij de training vond en hoe zwaar. Ook fysieke klachten worden uitgevraagd: heb je hinder ondervonden van blessures, ziekte of gezondheidsklachten en in hoeverre heeft dat jouw training gehinderd? De volgende ochtend, voor de training, gaan de vragen meer over de aspecten waarvan je wilt dat ze weer in orde zijn, dus: voel je je goed hersteld, ben je weer gemotiveerd om maximaal te presteren, heb je weer vertrouwen om maximaal te presteren? Want na een zware dag hoop je dat ze er de volgende dag weer goed tegenaan kunnen.'
Net als de data van de sensor worden de resultaten van de vragenlijsten automatisch naar een beveiligde database verstuurd, waarna automatisch de dagelijkse analyse begint te lopen. Den Hartigh: 'We zoeken naar patronen die erop wijzen dat het waarschijnlijk de verkeerde kant opgaat met een speler. Juist om zulke patronen te vinden, wil je veel data hebben van de individuele spelers. Op die manier kun je analyseren of een speler anders reageert op fysieke en mentale stress, en of zo’n patroon eerder ook al voorafging aan een fysiek of mentaal probleem. Door dit op te pikken, ben je op tijd om in te grijpen en dat patroon te doorbreken.’
Hoe zo'n patroon moet worden doorbroken, dus wat er aan de training moet worden veranderd om te voorkomen dat iemand geblesseerd raak of het mentaal niet meer trekt, is aan de trainer, sportpsycholoog en sportwetenschapper van de club. Zij krijgen dagelijks per speler de analyse in de vorm van grafiekjes waarin de fysieke en mentale veranderingen bij de speler worden weergegeven.
Den Hartigh klapt zijn laptop open en laat de geanonimiseerde gegevens van een speler zien. Hij wijst op een grafiekje: 'Op dit punt ging het verkeerd met deze speler, maar we zagen al eerder in de tijd dat de speler wat instabieler werd. De ene dag had hij veel vertrouwen, de volgende dag weinig, dan had hij weer goed gepresteerd, dan weer slecht. Dat patroon van variatie was een voorbode dat hij de mist inging. Daar zijn we nu mee bezig, met het identificeren van algemene indicatoren die een voorbode zijn dat het verkeerd gaat. Dit soort fluctuaties zie je ook in onderzoek naar mensen die in een depressie komen. We zouden ook nieuwe indicatoren kunnen vinden die voor andere populaties interessant zijn.'
Want net zoals topsporters een mentale dip willen voorkomen, willen werknemers bijvoorbeeld geen burn-out krijgen. Is het denkbaar dat we in de toekomst ook op de werkvloer rondlopen met een sensor en vragenlijsten invullen? Den Hartigh vindt het niet zo vergezocht. 'Onze werkwijze met de voetballers zou ook prima op de werkplek kunnen. Als je werknemers dagelijks bemeet, kun je misschien ook een burn-out voorspellen. Als mensen zich niet willen laten bemeten, kun je alsnog leren van projecten uit de sport. Uit de sportcontext leren we hoe mensen fysieke en mentale stress ervaren en daarop reageren, en wat mogelijke generieke indicatoren zijn voor wanneer het misgaat. Daarnaast zijn er vanuit de sportpsychologie en -wetenschap strategieën ontwikkeld om fysiek en mentaal sterk te blijven. Wouter Frencken, manager topsportontwikkeling van FC Groningen, en ik geven daarom voor een divers publiek lezingen en masterclasses over dit onderwerp.'
Laatst gewijzigd: | 06 juli 2022 14:19 |
Meer nieuws
-
05 november 2024
Hebben ouders invloed op de roze of grijze bril van hun kinderen?
Hoe ontstaat een positieve blik eigenlijk? In hoeverre is opvoeding hierbij van belang? En welke rol speelt optimisme eigenlijk in het dagelijks leven van ouders en kinderen? Charlotte Vrijen probeert een antwoord te vinden op deze vragen. Ze doet...
-
10 september 2024
Steeds weer de verkeerde
Julie Karsten onderzoekt hoe ervaringen met seksueel grensoverschrijdend gedrag de online partnerkeuze van jongeren beïnvloeden. Ze richt zich vooral op de vraag of mensen die eerder ‘dader’ of ‘slachtoffer’ zijn geweest elkaar opzoeken. Door deze...
-
09 september 2024
Mensen met psychose vaak slachtoffer van geweld
Mensen met een psychose worden veel vaker slachtoffer van geweld en criminaliteit dan de algemene bevolking. Dit blijkt uit het promotieonderzoek van Bertine de Vries, dat zij op 19 september verdedigt aan de Rijksuniversiteit Groningen.