Blog: Hoe gebruikt u de stage-gate in uw bedrijf?
Datum: | 12 december 2016 |
Vinci-onderzoekers Dr. Hans van der Bij
De laatste jaren zien we dat bedrijfskundig onderzoek steeds theoretischer wordt, gedreven door publicatie druk. De afstand tot de bedrijfskundige praktijk wordt daarmee steeds groter.
Resultaten van bedrijfskundig onderzoek worden regelmatig gezien als een recept uit een kookboek (zie afbeelding). Als de praktijk anders is dan de academische resultaten voorschrijven, is de praktijk verkeerd en moet aangepast worden. Ik noem dit het ‘naïeve toepassingsprincipe’.
Zo wordt bijvoorbeeld door velen gepredikt dat elk bedrijf de zogenaamde stage-gate moet invoeren in het innovatie proces.
Het stage-gate model is één van de belangrijkste innovatie modellen. Het is een blauwdruk hoe men van een idee tot een daadwerkelijke innovatie komt. Het model is ontwikkeld door Robert Cooper. Een typisch stage-gate model bestaat uit vijf fasen, idee generatie, business case, ontwikkeling, testen en lanceren, gescheiden door go/ no-go mijlpalen. Voor iedere fase wordt een aantal activiteiten voorgeschreven en die worden bij de mijlpalen gecheckt. Elk innovatie project wordt verondersteld zo’n stage-gate te doorlopen.
Nu is de stage-gate literatuur niet de zwaarste academische literatuur, het is de Strauss in de academische wereld niet de Mahler. Maar het is academische literatuur en voor velen betekent het dat de stage-gate altijd en overal toegepast moet worden, los van of het bedrijf groot of klein is, producten maakt of diensten, radicaal of beperkt innoveert, of in een stabiele of dynamische markt werkt. ‘Gij zult de stage gate en al haar activiteiten in de goede volgorde volgen’.
Ik geloof niet dat een dergelijke aanpak veel waarde heeft. Als we nu eens bij de praktijk beginnen en niet bij de academische literatuur. Stel dat we een probleem in de praktijk hebben, bijvoorbeeld dat de innovaties in het bedrijf te weinig aansluiten bij wat de klant echt wil.
Men zou dan eens kunnen kijken hoe het innovatieproces in het bedrijf verloopt. Verder zou men de stage-gate literatuur kunnen pakken en kijken waar in de stage-gate contacten met de klant staan geprogrammeerd en wat die contacten inhouden. Vervolgens zou men het soort contacten met de klant in het huidige proces kunnen vergelijken met de contacten zoals ze in de stage-gate voorgeschreven worden en kijken wat de verschillen zijn. Daarna zou men in het bedrijf grondig kunnen nadenken of het geconstateerde verschil de bestaande problematiek (deels) zou kunnen verklaren. Zo ja, dan heeft men een richting gevonden om te verbeteren.
Die richting moet uiteraard nog op maat ingevuld worden voor het bedrijf. Maar het is ook mogelijk dat men constateert dat het verschil tussen praktijk en literatuur geen verklaring is voor het geconstateerde probleem. Dan is de stage-gate literatuur in dit geval niet echt bruikbaar.
Kortom, start bij een bedrijfsprobleem en gebruik dan de academische literatuur als een spiegel voor mogelijke oorzaken en verbeterrichtingen. Dan is die literatuur naar mijn mening in veel gevallen bruikbaar. Uiteraard moeten de precieze maatregelen die in het bedrijf genomen moeten worden op maat zijn en zo’n maat vind je niet in de academische literatuur.
Meer informatie
- Contact: Hans van der Bij