Skip to ContentSkip to Navigation
Rudolf Agricola School for Sustainable Development
Bringing sustainability science forward
Rudolf Agricola School Nieuws & Evenementen

'Ecologen moeten uit hun comfortzone stappen en actief bijdragen aan een toekomst die leefbaar is voor alle levende wezens' | Selen Eren

05 februari 2024
Selen Eren. foto: Marco in 't Vedt
Selen Eren. Foto: Marco in 't Veldt
Interview: Marco in 't Veldt

Selen Eren staat op het punt promoveren op 'iets over grutto's.' Je zou verwachten dat een interview met haar zou gaan over migrerende vogels, maar al snel blijkt het toch anders te zitten.

'Nee, ik bestudeer zelf geen vogels. Ik ben een sociaal wetenschapper die wetenschappers en processen rond het voortbrengen van wetenschappelijke kennis bestudeert. Ik richt me op de vraag hoe we weten wat we weten over het verlies aan biodiversiteit. In feite gaat mijn werk over de politiek achter milieugerelateerde wetenschappelijke kennis. Meer specifiek gaat het mij om de aannamen, beslissingen, conventies en interacties achter de processen en tools die we inzetten voor het bewaken van de biodiversiteit.

Ik focus me op dergelijke praktijken omdat wetenschappelijke kennis niet wordt opgebouwd door uitsluitend wetenschappers in een volledig gecontroleerd vacuüm, maar juist in meerdere interacties tussen wetenschappers, instellingen, tools, dieren en de maatschappij. Dergelijke praktijken bestudeer ik met het doel de soorten kennis te verbeteren die we nodig hebben om de milieugerelateerde problemen van vandaag het hoofd te bieden. Voor mijn Ph.D project heb ik me gericht op de kennisvoortbrengende processen rond het snelle verdwijnen van de grutto en zijn leefomgeving. Ik observeer dus als het ware de observeerders.'

Kievit
Grutto. Foto: Wikipedia

Nationale soort

'Er is geen vogelsoort in Nederland die zo'n cruciale rol speelt in het nationale sentiment als de grutto.

Nog niet zo heel lang geleden broedde maar liefst 80% van de Europese populatie op de Nederlandse weiden, maar de laatste tientallen jaren zien we dat het aantal broedende grutto's in Nederlands drastisch is teruggelopen. Met hun onderzoek hopen ecologen deze trend te doorbreken. Met mijn onderzoek wil ik bijdragen aan de ontwikkeling van effectieve en eerlijke kennis die mensen in de praktijk kunnen inzetten bij de omgang met de specifieke vorm van verlies aan biodiversiteit waar we hier mee te maken hebben.'

punt
.

Bedreigde grutto's in kale landschappen

Grutto's zijn migrerende vogels die ‘overwinteren’ in West-Afrika en ieder voorjaar broeden in Noord-Europa, voornamelijk in Nederland. De afgelopen tientallen jaren is het aantal grutto's echter drastisch afgenomen. Dit heeft meerdere oorzaken, waaronder de introductie van raaigras en pesticiden die van de Nederlandse weilanden ‘woestijnen’ maken waar niks anders dan raaigras - in Nederland ook wel grasfalt genoemd - wil groeien.

Rond 1960 broedden er ongeveer 120-140 duizend gruttoparen per jaar in Nederland. In 2021 was dit aantal gedaald tot nog maar 25.000 paren.

Ecologen van de Universiteit van Groningen doen al jarenlang onderzoek naar migrerende vogelsoorten als de grutto. Het doel van het onderzoek is inzicht krijgen in de manier waarop grutto's leven en hoe we ze kunnen beschermen.

punt
.

Hoe ben je met je onderzoek begonnen?

'Ik ben mijn promotieonderzoek begonnen met vragen als: Hoe brengen ecologen hun wetenschappelijke kennis over rodelijstsoorten als de grutto voort en hoe kunnen we onze processen en uitkomsten verbeteren om het probleem in de praktijk beter aan te kunnen pakken?

Op basis van mijn literatuuronderzoek, waarnemingen en gesprekken met de groep heb ik voor ieder hoofdstuk een aantal subvragen ontwikkeld. Het zijn dus geen van achter een bureau bedachte vragen, maar vragen naar aanleiding van mijn eigen etnografisch onderzoek waarbij ik deze groep heb bestudeerd via observaties van en interviews met deelnemers.

Als je me vraagt waarom nou net deze groep ecologen... Nou, omdat er in de literatuur veel verwacht wordt van de manier waarop nieuwe gegevensverzameling en analysetechnieken kunnen helpen het verlies aan biodiversiteit tegen te gaan. Maar in diezelfde literatuur wordt ook gewaarschuwd voor spanningen, of uitdagingen, die dergelijke technieken met zich meebrengen, met als mogelijk gevolg dat de uitkomsten in de praktijk misschien niet eerlijk of minder effectief zijn.

Prof. Anne Beaulieu, mijn promotor, had al goede contacten met een groep vogels bestuderende ecologen die werkzaamheden uitvoerden die naar haar overtuiging uitstekend konden dienen als casus voor nader onderzoek naar deze spanningen, omdat deze groep nauw samenwerkte met verschillende maatschappelijke actoren en gebruik maakte van zowel alom aanvaarde als nieuwe gegevensverzameling en analysetechnieken.

Anne Beaulieu bekleedt de Aletta Jacobs-leerstoel Kennisinfrastructuren aan de Campus Fryslân, Rijksuniversiteit Groningen. Haar onderzoek en haar colleges bieden inzicht in de manier waarop gegevens worden gecreëerd, gesynthetiseerd en getransformeerd tot bewijsmateriaal.'

Hoe groot was de groep wetenschappers die je hebt bestudeerd?

'Vanwege het doorlopende verloop onder Ph.D. studenten en post-docs kan ik geen vast aantal noemen, maar over het algemeen ging het om een groep van tien tot twintig personen.'

vogelaar
Vogelaars. Foto: Marco in 't Veldt

.

Wat is je belangrijkste bevinding?

'Mijn belangrijkste bevinding, denk ik, is mijn oproep aan ecologen om uit hun traditionele rollen en comfortzone te stappen en actief bij te dragen aan het opbouwen van een leefbare toekomst voor meerdere soorten tegelijkertijd. Dat kunnen ze niet alleen doen door analyse van milieugerelateerde problemen, maar ook door hun onderzoekspraktijken te wijzigen om werkzaamheden in het veld beter te begeleiden.

Met de traditionele rol van de wetenschapper bedoel ik de rol van onafhankelijk waarnemer, op afstand van zowel het studieobject als de oplossingen voor verlies aan biodiversiteit, die zich voornamelijk richt op het zo goed mogelijk onderbouwd weergeven van het probleem. Helaas zien we steeds vaker dat deze rol de loop van de gebeurtenissen die hebben geleid tot de verschillende vormen van milieucrises van vandaag niet echt heeft kunnen veranderen.

Mijn stelling is dat ecologen al betrokken zijn bij de gegevens en de soorten kennis die ze voortbrengen. In mijn casus zijn dit de spanningen die ecologen ervaren rond de grutto's die ze onderzoeken, de concepten waarop ze zich baseren en de kennisactoren waarmee ze samenwerken.

Deze spanningen, of preciezer de manier waarop wetenschappers omgaan met deze spanningen, geven vorm aan hun gegevens en hun stellingen. Om deze reden heb ik voor mijn proefschrift ecologen uitgedaagd hun eigen onvermijdbare impact op hun resultaten te erkennen en ze gevraagd doelgerichter mee te werken aan het vormgeven van hun onderzoekscondities en daarmee aan hun resultaten.

In plaats van de spanningen die ze ervaren weg te lachen, buiten te houden of dwangmatig ‘op te lossen’, zoals ze in hun traditionele rol als wetenschapper doen, daag ik ze uit deze spanningen juist te mobiliseren. Met mobiliseren bedoel ik handelen op basis van de spanningen om ze aan te pakken of omgaan met deze spanningen in de wetenschap van het bestaan ervan als het niet mogelijk blijkt ze weg te nemen.'

vogelaars. Foto: Marco in 't Veldt
Vogelaars. Foto: Marco in 't Veldt

Kun je een voorbeeld geven uit je project?

'Uiteraard. Ik kan wel nader ingaan op het deel van mijn project dat ik heb uitgevoerd met de beurs die ik heb ontvangen van de Rudolf Agricola School.

Er zijn bijvoorbeeld relaties met maatschappelijke stakeholders die behoorlijk onder spanning staan. Niet alle boeren geven ecologen toegang tot hun weilanden, ondanks dat ecologen deze weilanden moeten kunnen betreden om onderzoek te doen naar een weidevogel als de grutto. Ecologen doen hun best de relaties met boeren goed te houden, maar helaas gaat dat niet altijd goed. Ik heb geprobeerd te begrijpen waarom sommige boeren geen ecologen willen toelaten.

Hiertoe heb ik niet alleen gesproken met boeren, maar ook met maatschappelijke stakeholders, zoals nazorgers (Friese weidevogelbeschermers), natuurorganisaties, landschapsbeheerders en beleidsmakers op regionaal en nationaal niveau.'

“Ik ontdekte dat bijna alle boeren veel waarde hechtten aan wetenschappelijk onderzoek. Ze hadden alleen problemen met het soort kennis dat de wetenschappers voortbrengen en de manier waarop ze dat doen. De spanning zit hem in de vraag wat wordt verstaan onder relevante wetenschappelijke kennis om de snelle terugloop van grutto's en hun leefomgeving in de praktijk tegen te gaan. Stakeholders verschillen hierover van inzicht met wetenschappers.

De boeren en nazorgers die ik gesproken heb zeggen: “We begrijpen wat er aan de hand is - intensieve landbouw is slecht voor vogels - maar wat wij willen weten is wat we moeten doen om de trend te doorbreken. Help ons!”

De wetenschappers, daarentegen, zeggen dat we ondanks 20 jaar onderzoek nog niet genoeg weten. Zij denken dat ze preciezer moeten zijn over wat er gebeurt met de grutto's en waarom hun aantal afneemt. Waar wetenschappers zekerheid willen voorafgaand aan actie, denken een aantal stakeholders dat de grutto niet kan wachten tot we alles weten over wat er met ze gebeurt en dat we nu in actie moeten komen.

.punt
..

'Mijn conclusie is dat het huidige wetenschappelijke systeem erop gericht is eerst goed onderbouwde beschrijvende kennis voort te brengen om alle hiaten in onze kennis te vullen voordat we overgaan op interventie. Maar in tijden van crisis hebben we wat anders nodig.

Wat we nodig hebben is niet alleen een ander soort wetenschappelijke kennis en andere onderzoeksprojecten, maar ook meer inlevingsvermogen ten aanzien van de verschillende verwachtingen over de relatie tussen tijd en kennis.

We hebben projecten nodig die proberen een probleem te beschrijven en tegelijkertijd voorstellen te doen voor interventie. Met name als het gaat om het proces van het voortbrengen van wetenschappelijke kennis over rodelijstsoorten en verstoorde leefomgevingen - problemen waarbij de tijd behoorlijk begint te dringen - hebben we projecten nodig waarbij leren en doen met elkaar gecombineerd worden in plaats van series projecten onder het motto ‘eerst de kennis, dan de actie.'

Zelfs als ze alleen maar observeren en beschrijven wat er gebeurt, zullen wetenschappers eerst moeten inzien dat hun resultaten worden beïnvloed door aannamen, beslissingen en interacties met instellingen, tools, dieren en maatschappelijke stakeholders. Ze geven hun resultaten vorm op manieren die niet altijd inzetbaar zijn als richtlijn voor actie in de praktijk.'

.punt
..

'Ik kom tot de conclusie dat wetenschappers hun verantwoordelijkheid moeten nemen voor deze aannamen, beslissingen en interacties (of hun onderzoekslandschap) door ze doelgerichter vorm te geven. Maar omdat ze niet de enigen zijn die in het echte leven kennis voortbrengen, mogen ze niet vergeten dat ze bij het vormgeven van hun onderzoekslandschap het gesprek moeten aangaan met de stakeholders over de gewenste toekomst en het pad naar die toekomst.

Daarom roep ik ecologen op de spanningen die bijna inherent zijn aan dergelijke interacties serieus te nemen en mee te werken aan het opbouwen van nieuwe wetenschappelijke praktijken en projecten door samen met de stakeholders te acteren op dergelijke spanningen.'

Heb je je bevindingen gedeeld met de groep ecologen?

'Ik heb mijn voorlopige analyses regelmatig met de groep gedeeld aan de hand van meerdere presentaties. De feedback en de vragen die ik na afloop van deze meetings kreeg, kwamen me goed van pas bij mijn evaluatie van mijn begrip van hun werk en bij het herpositioneren van mijn werk.'

.Vogelaar. Foto: Unsplash, Vincent van Zalinge
Vogelaar. Foto: Unsplash, Vincent van Zalinge

Waren ze verrast?

'Soms wel, maar ik heb ook wel geluiden gehoord als “Ah, je hebt me een concept gegeven waarmee ik alles wat ik tot nu steeds heb gevoeld eindelijk tot uitdrukking kan brengen”. Mijn werk heeft zeker ook geleid tot levendige gesprekken en discussies waarbij ze soms verbaasd waren over of kritisch stonden tegenover mijn analyse. En ik zou willen zeggen dat dat nu juist de hoogtepunten waren van mijn Ph.D onderzoek.

Ik heb mijn eindconclusies nog niet met ze gedeeld, maar direct na de verdediging van mijn proefschrift wil ik een seminar organiseren, zodat we de uitkomsten samen gedetailleerd kunnen doornemen. Voor mij zijn dit geen eenzijdige momenten waarbij ik ze vertel wat ze moeten doen, maar veel meer momenten waarop we met elkaar samen kunnen leren. En dat soort uitwisselingen vind ik belangrijk, omdat ze voeding geven aan mijn werk en hopelijk ook aan dat van hen.'

Selen Eren. Foto: Marco in 't Veldt
Selen Eren. Foto: Marco in 't Veldt

SELEN EREN

Selen Eren is een interdisciplinair sociaal wetenschapper die wetenschappers en processen rond het voortbrengen van wetenschappelijke kennis op milieugebied bestudeert.

Ze behaalde haar bachelor diploma aan de Universiteit van Galatasaray, Istanboel, in 2016 met een dubbele major in Politieke Wetenschappen en Sociologie. Daarna behaalde ze haar master diploma in Philosophy of Science, Technology, and Society aan de Universiteit Twente in de zomer van 2018.

Eind 2023 begon ze aan haar promotieonderzoek over microbial bioeconomy transition aan de Universiteit van Oulu, Finland. Ze blijft gedurende 15 maanden werken aan deze universiteit en zal wetenschappers bestuderen die werkzaam zijn op het gebied van microbiologie.

'Wereldwijd worden er pogingen gedaan fossiele brandstoffen te vervangen. Met de meest recente wetenschappelijke technieken, zoals genetische manipulatie, is het mogelijk bacteriën dusdanig aan te passen dat ze ‘de dingen doen die wij willen dat ze doen’. Zo worden er ook manieren verkend om bacteriën in te zetten voor de productie van brandstoffen. Bij dit proces zijn meerdere stakeholders betrokken, waaronder wetenschappers, bedrijven, ondernemers en politici. Finland is een pionier op dit gebied.'

Proefschrift

Op 14 maart 2024 zal ze haar proefschrift 'Mobilizing tensions for action: How to reconfigure knowledge infrastructures of data-centric ecology in a time of crises’ in Groningen verdedigen.

Haar promotors zijn: Prof. J.A. Beaulieu Prof. A.J. Zwitter Beoordelingscommissie Dr. M.J.J.E. Loonen Prof. E. Turnhout Prof. T. Nadeem

Meer lezen:

Uit het proefschriftvan Selen Eren: Between a Bird-in-the-Hand and Species Data in the Bank: Intermittent Care in Conservation Science

Over haar postdoc onderzoek in Finland: Selen Eren | University of Oulu

Dit is een interview in onze serie 'Sustainability Science in Progress.' Hier vind u alle interviews in deze serie.

Laatst gewijzigd:05 maart 2024 10:53
View this page in: English

Meer nieuws

  • 16 december 2024

    Jouke de Vries: ‘De universiteit zal wendbaar moeten zijn’

    Aan het einde van 2024 blikt collegevoorzitter Jouke de Vries terug op het afgelopen jaar. Daarbij gaat hij in op zijn persoonlijke hoogte- en dieptepunten en kijkt hij vooruit naar de toekomst van de universiteit in financieel moeilijke tijden.

  • 10 juni 2024

    Om een wolkenkrabber heen zwermen

    In Makers van de RUG belichten we elke twee weken een onderzoeker die iets concreets heeft ontwikkeld: van zelfgemaakte meetapparatuur voor wetenschappelijk onderzoek tot kleine of grote producten die ons dagelijks leven kunnen veranderen. Zo...

  • 24 mei 2024

    Lustrum 410 in beeld

    Lustrum 410 in beeld: Een fotoverslag van het lustrum 2024