The battle between bioturbation and biocompaction
Promotie: | R.A. (Ruth) Howison, PhD |
Wanneer: | 08 januari 2016 |
Aanvang: | 14:30 |
Promotor: | prof. dr. H. (Han) Olff |
Copromotor: | prof. dr. ir. C. (Chris) Smit |
Waar: | Academiegebouw RUG |
Faculteit: | Science and Engineering |
Bistabiele vegetatietypes in begraasde gebieden
Ruth Howison zocht naar een nieuwe verklaring voor bistabiele vegetatietypes in begraasde gebieden. Begraasde ecosystemen, van de arctische toendra tot de tropische savanne, worden vaak gekenmerkt door kleinschalige mozaïeken in de vegetatie. Deze verschillende vegetatietypes worden door herbivoren ofwel geprefereerd of vermeden en beïnvloeden zo de biodiversiteit en veerkracht van het ecosysteem.
De drie belangrijkste verklaringen voor deze bistabiele vegetatietypes in begraasde ecosystemen zijn: 1) een nutriëntenkringloop gedreven door de aanwezigheid van herbivoren, 2) de terugkoppeling tussen plantengroei en waterinfiltratie onder droge omstandigheden, en 3) de onomkeerbare lokale abiotische stress (erosie van de toplaag van de bodem, zoutgehalte) die door de aanwezigheid van herbivoren is veroorzaakt. Deze verklaren echter onvoldoende waarom er zulke grote temporele dynamieken in vegetatietypes en wijdverspreide begraasde mozaïeken zijn in productieve habitats.
Howison poneert en test een vierde mogelijke verklaring. Hierbij worden alternatieve vegetatietypes gestuurd door de wisselwerking van twee belangrijke biotische processen: bioturbatie door de bodemfauna, die lokaal de bodemgesteldheid verbetert en daarbij een hoge plantengemeenschap bevordert, afgewisseld met biocompactie door grote herbivoren, die lokaal de bodemgesteldheid schade toebrengt en een lage plantengemeenschap bevordert. Dit onderzoek biedt nieuwe inzichten in de mechanismen waarbij organismen door aggregatie en gedrag hun eigen bronnen creëren.
Ruth Howison promoveert aan de RUG op ecologisch onderzoek dat zij uitvoerde bij GELIFES. Na haar promotie blijft zij daar als postdoc verbonden.